Skip to main content

Aangeboren hartafwijkingen

Aangeboren hartafwijkingen

Sommige mensen worden geboren met afwijkingen aan het hart. Deze kunnen ernstig zijn en al op kinderleeftijd een operatie vereisen. Andere afwijkingen zijn milder en kunnen gewoon opgevolgd worden. Eens een kind met een aangeboren hartafwijking de volwassen leeftijd bereikt, zal deze patient voor de cardiologische opvolging overgaan van de dienst pediatrie naar de dienst volwassen cardiologie. Ook worden sommige hartafwijkingen pas op volwassen leeftijd opgemerkt. Kinderen met zeer complexe, ernstige hartafwijkingen worden meestal vanop kinderleeftijd in een universitair centrum gevolgd, en zullen daar op volwassen leeftijd ook verder gevolgd worden. Minder complexe aangeboren hartafwijkingen worden ook in ons ziekenhuis gevolgd. We hebben een heel goede en nauwe samenwerking met de dienst “volwassenen met aangeboren hartafwijkingen” van het UZ Gent.

VOORBEELDEN VAN AANGEBOREN HARTAFWIJKINGEN

Afwijkingen van de hartkamers:

  • één van de hartkamers is onderontwikkeld, of afwezig
  • er bestaat een verbinding (“gaatje”) tussen twee hartkamers

Afwijkingen van de bloedvaten:

  • de aders of slagaders komen niet op de correcte plaats in het hart toe of vertrekken niet vanop de correcte plaats
  • een ader of slagader is afwezig
  • er zijn vernauwingen in een ader of slagader
  • de kransslagaderen zijn abnormaal aangelegd
  • er zijn verbindingen tussen bepaalde bloedvaten aanwezig

Afwijkingen van de hartkleppen:

  • één of meerdere kleppen hebben een afwijkende vorm of functie

Afwijkingen van het hartritme:

  • aangeboren geleidingsstoornissen van het hart, waarvoor soms op jongen leetijd een pacermaker aangewezen is
  • aangeboren ritmestoornissen (bv Brugada syndroom, catecholaminerge polymorfe VT (CPVT), lang QT syndroom, …)

OORZAAK

Aangeboren afwijkingen kunnen op zichzelf staan, waarbij er gedurende de ontwikkeling van het hart een probleem opgetreden is. Andere aangeboren afwijkingen kaderen binnen een groter genetisch probleem, bijvoorbeeld chromosoom- of genafwijkingen. Sommige genetische afwijkingen zijn ook overerfbaar en kunnen dus bij meerdere familie leden voorkomen.

ONDERZOEKEN

Afhankelijk van de problematiek zullen alle mogelijke onderzoeksmethoden uit de cardiologie toegepast worden voor diagnose en behandeling bij patiënten met aangeboren hartafwijkingen. Vaak zullen ook radiologische onderzoeken noodzakelijk zijn (scanners bv).

BEHANDELINGEN

Afhankelijk van het probleem kan er gekozen worden voor louter opvolging, of behandeling.

De behandeling hangt af van het probleem. Vele zaken vragen een medicamenteuze behandeling. Soms zijn verdere ingrepen nodig. Een ritmestoornis kan bijvoorbeeld door een pacemaker of ablatie opgevangen worden. Een probleem aan een bloedvat of hartklep kan verholpen worden door een ingreep via de lies of een hartoperatie. Een gaatje in het hart moet soms geopereerd worden, maar kan vaak ook via de lies gesloten worden zonder open- hart operatie.

Aangeboren hartafwijkingen

Terug

Lees meer …Aangeboren hartafwijkingen

Aandoeningen van de aorta

Aandoeningen van de aorta

Aneurysma, stenose, atheromatose of dissectie.

De aorta is de grote lichaamsslagader. Deze vertrekt vanuit het hart, loopt in de borstkas en in de buik, en splitst in het bekken in twee, naar de beide benen. Er bestaan verschillende aandoeningen van de aorta, zoals verwijdingen (aneurysma), vernauwingen (stenose), toeslippingen (door aderverkalking of atheromatose), ontstekingen of zelfs scheuren (dissectie).

SYMPTOMEN

Vaak verlopen afwijkingen van een aorta zonder klachten. Bij een scheur van de aorta kan er pijn optreden, een vernauwde aorta kan hoge bloeddruk of pijnklachten in de armen of benen veroorzaken, wanneer de bloedvoorziening in het gedrang komt

OORZAAK

De oorzaken van aortaproblemen zijn heel divers.

Er bestaan aangeboren afwijkingen aan het bindweefsel, waardoor de aorta over de jaren heen langzaam kan uitzetten, tot er zelfs een risico op scheur bestaat.

Hiernaast kan er aangeboren een “knik” of vernauwing in de aorta aanwezig zijn, een zogenaamde coarctatio aortae.

Zoals in elk bloedvat kan er ook in de aorta aderverkalking optreden. Bij uitgebreide aderverkalking kan verstopping optreden, wat pijnklachten kan geven in de ledematen, omdat de bloedvoorziening in het gedrang komt. Ook kunnen cholesterolplaten of plaques de vaatwand beschadigen en een ulcus of zweer veroorzaken, waarbij er een scheurtje of perforatie van de aorta wand kan optreden.

Belangrijk is om bij aorta aandoeningen altijd het familiaal plaatje in beeld te brengen, zeker wanneer er sprake is van bindweefselaandoeningen en uitzettingen van de slagader. Dit kan namelijk genetisch bepaald zijn, en het is belangrijk om ook de eerste graads familieleden te screenen.

ONDERZOEKEN

De aorta kan op verschillende manieren in beeld gebracht worden.

De eerste stap is met echografie. Dit is een eenvoudige, goedkope en pijnloze methode om een eerste indruk te krijgen van de vorm en eigenschappen van het bloedvat. De cardioloog kan het eerste deel van de aorta bekijken, in de borstkas. De radioloog of de vaatchirurg bekijkt het deel onder het middenrif met echografie.

Voor verder, meer doorgedreven nazicht is vaak een CT-scan of MRI-scan van de aorta nodig.

BEHANDELINGEN

Vaak dienen problemen aan de aorta gewoon opgevolgd te worden. Een lichte verbreding bijvoorbeeld houdt geen echt gevaar in, en wordt op gezette tijdstippen met beeldvorming opgevolgd.

Uiteraard dient, bij aanwezigheid van vaatwandverkalking of atheromatose, bekeken te worden welke oorzakelijke risicofactoren strikt onder controle gebracht kunnen worden: roken, cholesterol, bloeddruk, suiker, lichaamsgewicht.

Wanneer een probleem ernstig is, dient de patient vaak verwezen te worden voor operatie. Bijvoorbeeld bij een sterk verbrede aorta, met risico op scheur (ruptuur), of een reeds aanwezige scheur. Ook wanneer slagaders dermate toegeslipt zijn dat er klachten ontstaan, zal een operatie de juiste behandeling zijn.

Aorta

Terug

Lees meer …Aandoeningen van de aorta

Hoog cholesterol (hypercholesterolemie)

Hoog cholesterol

Hypercholesterolemie

Cholesterol is een vetachtige substantie die in het bloed circuleert. Cholesterol wordt deels aangemaakt door de lever, en deels opgenomen via de voeding. Het lichaam heeft cholesterol nodig als bouwsteen voor de aanmaak van cellen. Bij hoge cholesterolwaarden of hypercholesterolemie gaan deze vetpartikels zich vasthechten aan de wand van gezonde bloedvaten. Dit geeft aanleiding tot vernauwingen, of het dichtslibben van bloedvaten. Dit verhoogt de kans op hart- en vaataandoeningen, zoals een hartinfarct of herseninfarct.

SYMPTOMEN

Een hoog cholesterol geeft veelal niet direct aanleiding tot symptomen of klachten, wat het gevaarlijke hiervan is. De eerste uiting van een langer bestaande hypercholesterolemie kan een hartinfarct of slagadervernauwing elders in het lichaam zijn. Een hoog cholesterol wordt vaak vastgesteld door meting in het bloed.

OORZAAK

Een te hoge cholesterolwaarde is vaak het gevolg van ongezonde levensstijl: overgewicht, gebrek aan fysieke activiteit en inname van ongezonde voeding (verzadigde of dierlijke vetten).

Hypercholesterolemie kan ook het gevolg zijn van aandoeningen aan andere organen, zoals nierlijden, diabetes mellitus, schildklierlijden,…

Vaak spelen erfelijke factoren een rol bij patiënten met een hoog cholesterol. De aanwezigheid van hypercholesterolemie in familieverband verhoogt het risico op het hebben van een hoge cholesterolwaarde. Een aparte entiteit hierbinnen is de aandoening ‘familiale hypercholesterolemie’, die wordt gekenmerkt door uitzonderlijk hoge cholesterolwaarden op jonge leeftijd, als gevolg van genetische mutaties in bepaalde genen.

Ten slotte speelt de leeftijd een rol. De cholesterolwaarden stijgen bij veroudering.

ONDERZOEKEN

Een klassieke bloedname volstaat om cholesterol te meten. Er worden meerdere soorten cholesterol gerapporteerd:

  • Het totale cholesterol.
  • Het HDL-cholesterol: dit is het goede cholesterol, en speelt een beschermende rol tegen hart- en vaataandoeningen. Een hogere waarde hiervan is beter.
  • Het LDL-cholesterol: dit is het slechte cholesterol en verhoogt het risico op hart- en vaatziekten. Hoe lager dit is, hoe beter.
  • De triglyceriden of vetzuren: dit zijn bepaalde types vetten in het bloed. Een verhoogde waarde hiervan verhoogt het risico op hart- en vaatziekten.

Wanneer uitzonderlijk hoge cholesterolwaarden worden vastgesteld in de bloedname, moet worden gedacht aan ‘familiale hypercholesterolemie’. Hiervoor zullen specifieke genetische testen in het bloed worden uitgevoerd.

BEHANDELINGEN

Levensstijlmaatregelen

Zowel de preventie van hoog cholesterol, als de eerste behandeling van patiënten met hypercholesterolemie, bestaat uit het nastreven van een gezonde levensstijl:

  • Dieetmaatregelen: beperken van de inname van dierlijke, verzadigde vetten. Streven naar inname van onverzadigde, plantaardige vetten.
  • Vermagering: bij afname van het lichaamsgewicht zal de cholesterolwaarde in het bloed afnamen. Er wordt gestreefd naar een body mass index (BMI) lager dan 25.
  • Fysieke activiteit: dagelijkse lichaamsbeweging gedurende 30 minuten leidt tot lagere cholesterolwaarden.
  • Rookstop.
  • Stressreductie.
Medicatie

Indien levensstijlmaatregelen niet tot het beoogde resultaat leiden, of wanneer er bij diagnose een zeer hoge cholesterolwaarde wordt vastgesteld, zal uw arts voorstellen om met cholesterolmedicatie te starten, naast levensstijlmaatregelen. Deze medicatie is zeer doeltreffend in het verlagen van de cholesterolwaarden, met een overtuigende, wetenschappelijk aangetoonde reductie van hart- en vaataandoeningen en de kans op overlijden hierdoor.

Er zijn verschillende klassen medicatie beschikbaar. In functie uw risicofactoren, leeftijd en na te streven doel zal uw arts hierin een keuze maken en dit met u bespreken.

De kans op bijwerkingen van deze medicatie is eerder klein en meestal van korte duur. De veiligheid van deze medicatie is groot, ook bij inname op zeer lange termijn.

MEER INFORMATIE

Hoog cholesterol

Terug

Lees meer …Hoog cholesterol (hypercholesterolemie)

Hoge bloeddruk (hypertensie)

Arteriële hypertensie

Hoge bloeddruk

Het hart pompt bloed doorheen de bloedvaten in het lichaam. De druk in de bloedvaten die hierdoor wordt opgebouwd, noemt men de bloeddruk. Er is een bepaalde (normale) bloeddruk nodig om voldoende bloed en zuurstof naar de organen en spieren te transfereren. Men spreekt van hypertensie wanneer de druk in de bloedvaten te hoog is. Hypertensie is schadelijk voor het lichaam, en verhoogt de kans op een hartinfarct, herseninfarct, orgaanaantasting en hartfalen.

SYMPTOMEN

De meeste patiënten met hoge bloeddruk ervaren geen symptomen, wat het gevaarlijke is van een hoge bloeddruk. Bij zeer hoge bloeddrukwaarden kunnen wel symptomen optreden: hoofdpijn, wazig zicht, spontane bloedingen, pijn op de borst of kortademigheid.

OORZAAK

Bij de meeste mensen wordt er geen onderliggende aandoening gevonden die de hoge bloeddruk verklaart. Men spreekt van ‘primaire of essentiële hypertensie’. De volgende factoren kunnen een rol spelen in het ontstaan van primaire hypertensie:

  • Leeftijd: bij veroudering stijgt de bloeddruk door veranderingen in de bloedvaten.
  • Familiale aanleg: genetische factoren spelen een rol in de aanwezigheid van hoge bloeddruk.
  • Obesitas: belangrijk overgewicht verhoogt de nood aan bloedtoevoer in de weefsels, en verhoogt zo de bloeddruk.
  • Gebrek aan fysieke activiteit.
  • Roken: door de impact van chemische stoffen in tabak, en rechtstreekse beschadiging van de bloedvaten, stijgt de bloeddruk.
  • Zoutinname: overmatig zoutgebruik verhoogt de bloeddruk door het aantrekken van vocht in de bloedbaan.
  • Alcoholgebruik: het overmatig gebruik van alcohol heeft een nefaste invloed op de bloeddruk.
  • Stress.

Daarnaast kan hoge bloeddruk soms ontstaan door een andere onderliggende aandoening. Men spreekt in dat geval van ‘secundaire hypertensie’. Voorbeelden hiervan zijn slaapapneusyndroom, aandoeningen van de nieren of bijnieren, schildklierproblemen of aangeboren aandoeningen van de bloedvaten. Ten slotte kan het gebruik van bepaalde medicatie of drugs de bloeddruk verhogen.

GEVOLGEN

Door de hoge bloeddruk worden de bloedvaten over het hele lichaam beschadigd. Mogelijke gevolgen kunnen zijn:

  • Hartinfarct of herseninfarct: door beschadiging van de bloedvatwand ontstaan vernauwingen in de bloedvatwand, dewelke aanleiding kunnen geven tot het dichtslibben van slagaders.
  • Hartfalen: bij een hoge bloeddruk moet de hartpomp steeds harder samentrekken om bloed tegen de hoge bloeddruk rond te pompen. Dit leidt tot een verdikte en verstijfde hartspier, met optreden van hartfalen of spierzwakte van de pomp. 
  • Zichtstoornissen ten gevolge van beschadiging van de bloedvaten van het netvlies van de ogen. 
  • Nierproblemen ten gevolge van beschadiging van de nierfilter.

ONDERZOEKEN

De bloeddruk wordt gemeten met een bloeddrukmeter. Hierbij wordt een bovendruk (of systolische druk) gemeten, en een onderdruk (of diastolische druk). De optimale bloeddruk bedraagt rond 120/80 mmHg. We spreken van hypertensie als de bloeddruk bij meerdere metingen hoger is dan 140/90 mmHg.

In de verdere uitwerking van hypertensie worden aanvullende onderzoeken verricht:

  • Elektrocardiogram (ECG) en echocardiografie (link naar echocardiografie). Hiermee wordt mogelijke beschadiging aan de hartspier geëvalueerd.
  • Fietstest om de evolutie van de bloeddruk tijdens inspanning te beoordelen.
  • Bij verdenking op secundaire hypertensie of voor evaluatie van schade ten gevolge van hoge bloeddruk, zullen soms aanvullende testen worden gepland: nazicht van de nieren, onderzoek van het bloed of de urine, een slaaponderzoek, nazicht van de ogen,…
  • Een 24-uurs bloeddrukmeting is geadviseerd om de bloeddruk in de thuissetting te evalueren, of om het effect van opgestarte therapie te beoordelen.

BEHANDELINGEN

Levensstijlmaatregelen

Aangezien hoge bloeddruk vaak het gevolg is van een ongezonde levensstijl, bestaat de eerste stap van de behandeling uit volgende adviezen:

  • Inname van gezonde voeding, met beperking van de zoutinname.
  • Frequente lichaamsbeweging: dagelijks 30 minuten.
  • Behoud van een normaal lichaamsgewicht of vermagering bij overgewicht.
  • Beperking van het alcoholgebruik.
  • Rookstop.
Medicatie

Indien wijzigingen in de levensstijl alleen ontoereikend zijn, of wanneer er een zeer hoge bloeddruk wordt vastgesteld, zal er voorgesteld worden om medicatie op te starten.

Er bestaan verschillende groepen medicatie voor de behandeling van hypertensie, die allen wetenschappelijk uitgebreid bestudeerd zijn, en aangetoond hebben om de kans op hart- en vaataandoeningen, en de kans op overlijden als gevolg hiervan, te verlagen.

In functie van uw leeftijd, profiel en onderliggende aandoeningen, zal uw arts u één, of een combinatie van meerdere bloeddrukverlagende middelen voorschrijven. De veiligheid van deze medicatie is uitgebreid bestudeerd, en deze medicatie mag lange tijd worden ingenomen. Sommige medicamenten hebben een kans op bijwerkingen, doch de kans hierop is globaal laag. Bij het optreden hiervan wordt andere medicatie voorgeschreven. Uw arts zal dit met u bespreken.

MEER INFORMATIE

Hoge bloeddruk

Terug

Lees meer …Hoge bloeddruk (hypertensie)

Voorkamerfibrillatie (VKF)

Voorkamer­fibrillatie

VKF

Het hart is een spier, die bloed rondpompt door het hele lichaam, om zuurstof en energiestoffen naar de spieren en organen te transporteren. Het hart bestaat uit 2 voorkamers en 2 kamers, en 4 kleppen. Deze mechanische spierpomp wordt aangedreven door de elektrische activiteit van het hart. Dit elektrische netwerk is de dirigent, die ervoor zorgt dat alle spiercellen op het juiste moment samentrekken aan een bepaalde hartfrequentie. De elektrische prikkel voor een normale hartslag ontstaat in de sinusknoop, een kleine structuur in de rechter voorkamer. Vervolgens verplaatst deze elektrische prikkel zich naar de atrioventriculaire knoop (AV-knoop), een kleine structuur tussen de voorkamers en de kamers van het hart. Vanuit de AV-knoop verspreidt de elektrische prikkel zich snel via een elektrisch netwerk naar alle spiercellen van de kamers, zodat een gecoördineerde samentrekking van de spier plaatsvindt (zie linker figuur).

Bij voorkamerfibrillatie of boezemfibrilleren wordt de normale elektrische prikkelvorming in de voorkamer verstoord. In plaats van een normale prikkelvorming in de sinusknoop, ontstaat de prikkel in de voorkamers op meerdere plaatsen tegelijk, wat aanleiding geeft tot een snel, chaotisch en onregelmatig hartritme, doordat deze prikkels snel en onregelmatig worden doorgeleid naar de hartkamers (zie rechter figuur).

OORZAAK

Er zijn heel wat oorzaken en onderliggende aandoeningen die voorkamerfibrillatie kunnen veroorzaken. Vaak speelt een combinatie van verschillende factoren een rol:

  • Ouderdom: ten gevolge van veroudering van de voorkamer, stijgt de kans op voorkamerfibrillatie met de leeftijd.
  • Hartproblemen: hartklepaandoeningen, hartinfarcten, hartspierziekten of een aangeboren hartaandoeningen.
  • Hypertensie of hoge bloeddruk.
  • Obesitas of zwaarlijvigheid. 
  • Schildklierproblemen, waarbij de schildklier te snel werkt.
  • Chronische aandoeningen, zoals suikerziekte of longaandoeningen.

Daarnaast kan voorkamerfibrillatie uitgelokt worden door bepaalde triggers, zoals stress, alcohol, koorts of bloedarmoede.

Ten slotte kan voorkamerfibrillatie soms optreden bij jonge, gezonde patiënten zonder onderliggende hartaandoening.

GEVOLGEN

Voorkamerfibrillatie is op zich geen gevaarlijke ritmestoornis. Voorkamerfibrillatie leidt niet tot een hartstilstand of plotse dood.

De mogelijke gevolgen van voorkamerfibrillatie zijn:

  • Vorming van een bloedklonter in het hart. Wanneer bloed blijft stilstaan in de voorkamers, kunnen kleine klontertjes ontstaan. Wanneer deze vervolgens met de bloedstroom worden meegenomen, kunnen deze onder meer in de hersenen terechtkomen en leiden tot een beroerte.
  • Door langdurige voorkamerfibrillatie kan het hart uitgeput geraken, waardoor spierzwakte van de pomp of hartfalen ontstaat.

SYMPTOMEN

Mogelijke symptomen van voorkamerfibrillatie zijn:

  • Hartkloppingen
  • Onregelmatige hartslag
  • Kortademigheid
  • Druk op de borstkas
  • Duizeligheid of ijlhoofdigheid
  • Bewustzijnsverlies

ONDERZOEKEN

Bij verdenking op voorkamerfibrillatie zullen aanvullende onderzoeken gebeuren, die als doel hebben om de ritmestoornis zo snel mogelijk te identificeren, zodat een correcte behandeling kan worden gestart.

Door middel van een elektrocardiogram of hartfilmpje wordt de elektrische activiteit van het hart in beeld gebracht, en kan voorkamerfibrillatie worden vastgesteld. Door middel van een inspanningstest of fietstest kan voorkamerfibrillatie soms worden uitgelokt.

Voorkamerfibrillatie kan soms zeer kortdurend optreden, gedurende enkele uren of dagen. Om die reden wordt gebruik gemaakt van toestellen die het hartritme langdurig registreren in thuissetting, om korte episodes te registreren. Dit kan door middel van een holtermonitor, die het hartritme gedurende 24 uur tot 5 dagen analyseert. Alternatief kan onderhuids een looprecorder worden geïmplanteerd, die het hartritme tot meerdere jaren kan opvolgen om voorkamerfibrillatie op te sporen.

Bij een nieuwe diagnose van voorkamerfibrillatie zal het hart steeds structureel worden geëvalueerd door middel van een echocardiografie. Soms kan een slokdarmechocardiografie nodig zijn om klontertjes in het hart aan te tonen.

BEHANDELINGEN

Levensstijlmaatregelen

Bij overgewicht is vermagering geadviseerd, daar dit de kans op herval bij voorkamerfibrillatie verkleint. Daarnaast is goede suikercontrole bij patiënten met diabetes mellitus noodzakelijk door middel van gezond dieet. Beperk tevens het gebruik van alcohol.

Medicatie

Voorkamerfibrillatie wordt vaak met medicijnen behandeld. Verschillende soorten medicatie zijn:

  • Bloedverdunners: deze vermijden dat er bloedklonters kunnen ontstaan in het hart, die vervolgens tot bijvoorbeeld een beroerte zouden kunnen leiden.
  • Ritmemedicatie: deze vertragen het hartritme bij snelle ritmestoornissen, of zorgen ervoor dat voorkamerfibrillatie niet opnieuw optreedt.
Cardioversie

Bij een elektrische cardioversie wordt door middel van een elektrische shock het normale hartritme hersteld, met verdwijnen van de voorkamerfibrillatie.

Ablatie

Tijdens een ablatie worden speciale katheters via de lies tot in het hart gebracht. Het uiteinde van de katheter wordt warm of zeer koud gemaakt en maakt contact met de binnenzijde van het hart, op de plaats waar de voorkamerfibrillatie ontstaat. Door opwarming of afkoeling ontstaat een klein litteken, die de ritmestoornis kan uitschakelen.

Voorkamer­fibrillatie

Terug

Lees meer …Voorkamerfibrillatie (VKF)